11. Personeelskosten
(bedragen in € 1.000) |
2022 |
2021 |
Korte termijn personeelsbeloningen |
133.996 |
129.982 |
Vergoedingen na uitdiensttreding |
37.201 |
36.258 |
Andere lange termijn personeelsbeloningen |
-4.668 |
2 |
Overige personeelskosten |
4.223 |
3.282 |
Totaal |
170.752 |
169.524 |
(bedragen in € 1.000) |
2022 |
2021 |
Salarissen |
122.148 |
118.313 |
Sociale lasten |
11.848 |
11.669 |
Totaal |
133.996 |
129.982 |
(bedragen in € 1.000) |
2022 |
2021 |
Pensioenlasten |
19.438 |
20.133 |
Pensioenlasten FLNA/IKV uit lopende exploitatie |
17.763 |
16.125 |
Totaal |
37.201 |
36.258 |
Op totaalniveau zijn de personeelskosten licht gestegen ten opzichte van voorgaand jaar. In 2022 heeft er een cao verhoging plaatsgevonden conform de cao 2022 van 1%. Per saldo is er daarmee sprake van hogere gemiddelde kosten per medewerker. De sociale lasten zijn gestegen door een toenemend aantal FTE en een stijging van diverse premies in 2022 ten opzichte van 2021.
De pensioenlasten zijn gedaald doordat de pensioengrondslag van de gemiddelde werknemer lager was in 2022 dan in 2021 waardoor er per saldo minder pensioenkosten zijn afgedragen. Daarnaast zijn de kosten voor FLNA/IKV met 1,6 miljoen euro gestegen doordat de populatie binnen deze categorie is toegenomen ten opzichte van voorgaand jaar.
De vergoedingen na uitdiensttreding bestaan uit de:
-
Af te dragen pensioenpremie aan het ABP voor actieve en niet-actieve personeelsleden.
-
Vergoedingen die LVNL betaalt aan de FLNA/IKV-gerechtigden die in het boekjaar gebruikmaken van de FLNA/IKV-regeling (niet-actief personeel) voor zover deze rechten niet zijn afgefinancierd.
-
Jaarlijkse dotatie aan/vrijval van de voorziening FLNA/IKV Regio.
De dekkingsgraad en grondslag van het ABP zijn vermeld in onderstaande tabel:
ABP |
2022 |
2021 |
Dekkingsgraad |
110,9% |
110,6% |
Grondslag |
actuele marktrente |
actuele marktrente |
Peildatum |
31 december 2022 |
31 december 2021 |
De pensioenpremie is in 2022 gelijk gebleven. De dekkingsgraad van het ABP is iets gestegen als gevolg van aantrekkende rente.
Onder de andere lange termijn personeelsbeloningen worden de kosten voor de ambtsjubileumuitkeringen verantwoord. De kosten bestaan uit de vrijval van de voorziening voor ambtsjubilea door de stijging van de disconteringsvoet (7,4 miljoen euro). Dit positieve resultaat wordt deels gecompenseerd door de loonontwikkeling voor de komende jaren (1,1 miljoen euro), de kosten voor de reguliere opbouw van de voorziening (1,5 miljoen euro) en enkele overige componenten (0,4 miljoen). Per saldo is er ultimo 2022 sprake van een vrijval van 4,4 miljoen euro. Hiervan wordt 0,3 miljoen euro onder de rentelasten verantwoord. Voor een verdere toelichting zie toelichting 22 Verplichtingen inzake personeelsbeloningen.
Onder de overige personeelskosten worden onder andere de vergoedingen voor reiskosten woon-/ werkverkeer verantwoord. Daarnaast worden kosten verantwoord voortkomend uit dotaties aan de overige personele voorzieningen. Deze kosten zijn gering hoger dan voorgaand jaar.
Bezetting ultimo 2022
Het aantal actieve medewerkers van LVNL bedroeg op 31 december 2022, op basis van fulltime equivalenten (38 uur) 1.050 fte (2021: 1.056 fte). Het totaal aantal medewerkers inclusief FLNA/IKV, in opleiding en overig bedroeg 1.194 fte (2021: 1.182 fte). Er zijn 20 FTE werknemers werkzaam buiten Nederland (2021: 2,8 fte).